Overvloedige regenval: het effect op bomen
Het zal niemand ontgaan zijn dat we dit jaar in grote delen van Europa te maken hebben met een overvloed aan regenwater. Ook het najaar van vorig jaar was extreem nat; een groot contrast met de voorgaande jaren die gekenmerkt werden door hitte en droogte. Nu spelen hoge grondwaterstanden een rol en zien we door en door verzadigde bodems. Zelfs op normaal droge (zand)gronden stagneert water. Door de overvloedige regenval krijgen bomen te veel water, wat kan leiden tot diverse gezondheidsproblemen. In dit artikel bespreken we zowel de gevolgen als de symptomen van te veel water bij bomen en beschrijven we maatregelen die kunnen helpen om bomen gezond te houden tijdens lange perioden van zware regenval en wateroverlast.
Bomen hebben een aantal essentiële elementen nodig om goed te kunnen groeien, zoals water, zuurstof, licht, voeding en een goed bodemleven. Voor een goede groei moeten al deze factoren in balans zijn. Zodra een van deze elementen de over- of onderhand krijgt is dit een nadeel voor de boom. In het geval van overbewatering kan dit leiden tot een aantal cruciale problemen die de groei en algehele gezondheid van een boom ernstig kunnen aantasten. Dit geldt niet alleen voor recente aanplant, ook bomen die goed aangeslagen zijn kunnen problemen vertonen. Bij overmatig water neemt de zuurstof in de bodem af, met wortelrot als gevolg. Ook kunnen natte omstandigheden de algehele structuur van de bodem aantasten. Dit heeft ook grotendeels te maken met dat gebrek aan zuurstof, voornamelijk doordat het vele water het bodemleven om zeep helpt.
Symptomen van overbewatering
Het eerste symptoom van te veel water is verkleuring in het blad, dat dof wordt. De vervolgverschijnselen lijken allemaal sterk op verdroging, simpelweg omdat bij wortelrot de boom geen vocht meer op kan nemen en dus in feite verdroogt. Bij droogte zien we de schade vanaf boven in de buitenste kroondelen naar binnen keren, bij een te natte situatie is dit precies andersom. Daar verspreidt de schade zich vanuit het hart van de kroon naar buiten toe en zijn vaak de toppen van de takken nog fris groen.
Bladverliezende bomen op een te natte standplaats vertonen vaak de volgende symptomen:
- Verwelkte bladeren: ondanks voldoende vocht kunnen de bladeren toch slap gaan hangen. De oorzaak hiervan is een zuurstoftekort bij de wortels en mogelijk zelfs wortelrot, waardoor vochtopname onmogelijk is geworden. Dit leidt tot verwelking van de bladeren.
- Bladverkleuring: de boom vertoont bruine bladrand en vergeling. Overbewatering kan leiden tot voedseltekort, voornamelijk doordat essentiële voedingstoffen van de wortels wegspoelen.
- Vroegtijdig bladval en verdorring: een belangrijk kenmerk van verdroging is afsterven van de jonge scheuten, inclusief bladeren. Dit kan echter ook een kenmerk zijn van te veel water. Zowel bij over- als onderbewatering zijn dit tekenen van een stressreactie van de boom.
- Wortelrot: aan vrijwel alle symptomen ligt een slechte conditie van de wortelzone ten grondslag, met wortelrot tot gevolg. Door voorzichtig de grond rond de wortels weg te graven, komen deze bloot te liggen; zwarte wortels zijn een teken dat ze zijn aangetast door wortelrot. Vaak zijn er ook schimmels te zien die een negatieve invloed op de wortels hebben en goed gedijen onder de zuurstofarme omstandigheden. Wortelrot is ook herkenbaar als een muffe geur, met soms de kenmerkende stank van rotte eieren.
Zorg voor een optimale groeiplaats
Het ligt misschien voor de hand maar een goede inrichting van de groeiplaats is essentieel. Hiervoor zijn een aantal zaken belangrijk in en rondom het plantgat:
- Drainage
Een goede waterafvoer, ofwel drainage, is hier een belangrijk onderdeel van. Dit doe je onderandere door verticale gaten te boren met een grondboor en deze te vullen met lavasubstraat. Overvloedige drainage kan ook verdroging van de boom veroorzaken. Het kan ook helpen om betere aanplantgrond rond de wortels aan te brengen. Dit kan bomenzand zijn of een mycorrhiza-houdende aanplantgrond. - Zuurstofpercentage
Zuurstofvoorziening rond de wortelzone is essentieel voor een goede ontwikkeling van het wortelgestel. Met name bij aanplant in een versteende omgeving zoals straten en pleinen speelt dit een grote rol. Ook door verdichting van de grond rond het wortelpakket door verkeer of machines daalt het zuurstofgehalte. Een zuurstofpercentage tot 12% veroorzaakt verroting. Tussen de 12 en 18% stagneert de wortelgroei en bij meer dan 18% groeit het wortelgestel.
Bomen leven in symbiose met schimmels die nodig zijn voor de voedingsopname. Deze schimmels zijn ook zeer gevoelig voor zuurstofgebrek. Om die reden neemt ook de opname van voedingsstoffen af zodra de boom een tekort aan bodemventilatie ondervindt. Aanplant in grond met voldoende humusrijk materiaal zorgt voor een herstelde balans. Verse compost mag echter nooit door de grond gemengd worden: het verteringsproces van compost of houtsnippers onttrekt zuurstof uit de bodem.
- Vochtgehalte
Bij aanplant is het belangrijk dat de grond vochtig is, maar niet meer dan dat. Het planten van een boom in een met water volgelopen plantgat is zeer sterk af te raden. Ook het bewerken van natte gronden alvorens het planten is niet aan te raden, omdat dit de grond verdicht. Door verdichting in met waterverzadigde grond kunnen zelfs ‘slechte’ schimmels – zoals verticillium – tot ontwikkeling komen. Voor optimale aanplantresultaten is het aan te raden om altijd in droge omstandigheden te werken.
Omgaan met natte locaties
Op veel plekken waar bomen het in dit natte jaar niet overleven komt dit door de groeiplaatsomstandigheden. Dit kan zijn doordat er toch in natte omstandigheden is gewerkt waardoor de bodemstructuur verpest is. Het kan ook zijn dat de boom te diep geplant is ten opzichte van het maaiveld en/of het grondwater. Door de compleet natte groeiplaats en het gebrek aan zuurstof wortelt de boom niet uit zijn kluit en maakt te weinig of geen haarwortels aan, welke cruciaal zijn voor de opname van vocht en voeding. Ook kan een kluit bestaande uit een andere grondsamenstelling dan de omliggende bodem verdrogen doordat deze geen water opneemt. Natte locaties zijn vaak heel lokaal en het vochtpercentage van de kluit moet daarom altijd los gezien worden van de omliggende grond.
De meest eenvoudige manier om rekening te houden met natte omstandigheden is door de bomen aan te planten op een terpje: zorg dat de onderkant van de kluit altijd boven het hoogste grondwaterpeil geplant wordt. Hierdoor loopt het water altijd van de kluit af en krijgen de wortels altijd voldoende zuurstof bij een hoge grondwaterstand.
Het kiezen van de juiste boomsoort
Er zijn bepaalde boomsoorten (veelal met vlezige wortels) te onderscheiden die het moeilijker hebben met natte weersomstandigheden en structuurloze bodems. Dit zijn Fagus sylvatica (gewone beuk), Sorbus (lijsterbes), Prunus (kers), Acer (esdoorns) en Juglans (walnoot). Dit betekent niet dat deze niet meer toegepast kunnen worden; wel is het verstandig natte situaties te vermijden. Extra aandacht voor de groeiplaats en grondtypen maken het mogelijk om deze bomen te blijven toe te passen.
Sommige boomsoorten zijn zeer adaptief en kunnen overstromingen aan. Vaak zijn dit slechts kortstondige overstromingen en staan bomen dan al langer vast. Echte krachtpatsers die beter tegen langdurige overstroming kunnen zijn Salix (wilg), Alnus (els) Taxodium (moerascipres), Populus (populier) en Ulmus (iep). Voor situaties waar blijvend natte omstandigheden verwacht worden kan beter gekozen worden voor het aanplanten van jonge bomen omdat deze met natte omstandigheden makkelijker kunnen omgaan.
Samengevat heeft overvloedige regenval een enorm effect op bomen. Voor alle boomsoorten geldt dat het schadebeeld van het stagnerende water na enige tijd te zien is. Bomen hebben een enorme reserve die ze kunnen benutten om blad te krijgen en te houden. Zelfs op weg naar de dood kunnen bomen er nog best een aantal jaar levendig uit zien. Het is heel goed mogelijk dat het complete schadebeeld pas na enkele jaren duidelijk is. Het creëren van de juiste groeiomstandigheden en het voorzien in de essentiële behoeften van bomen is cruciaal voor hun gezondheid en groei.