December! De maand van lichtjes, lekker eten, gezelligheid en uiteraard hoort voor velen daar ook de sfeervol versierde kerstboom bij. Boom van de maand december moet dus wel een boom uit de dennenfamilie zijn. We kiezen voor de Cedrus libani, de libanonceder, die alleen al door zijn vorm aan Kerst doet denken.
Een mythische boom
Niet voor niets associëren we de libanonceder met een heilige boom. Door de eeuwen heen komt deze iconische boom voor in vele mythen en verhalen. De boom wordt al genoemd in de Mesopotamische mythologie, werd altijd vereerd door de Arabieren, staat in de Hebreeuwse bijbel voor statigheid en grootsheid, en wordt in de Hongaarse mythologie beschouwd als levensboom. Als symbool van eeuwigheid en onsterfelijkheid diende de libanonceder om heilige tempels en piramides op te trekken.
Een oude reus
Cedrus libani (Libanonceder) komt van nature voor in Libanon, Tukije en Syrië en dan met name op berghellingen met bijvoorbeeld Malus trilobata en Abies cilicica, hoewel de soort ook wel wordt aangeplant voor de houtproductie. De uiteindelijke hoogte wordt bereikt na 100-150 jaar, waarna de boom nog wel in de breedte blijft doorgroeien. De libanonceder investeert eerst in de wortels en daarna pas in de groei in lengte bovengronds. In de natuur worden hoogtes bereikt van wel 40 meter, hoewel dat in cultuur eerder 25 meter zal zijn.
Van piramide naar platte top
In zijn jeugd heeft de libanonceder een ranke piramidevorm. Later groeit hij horizontaal waardoor een karakteristieke vorm met platte top ontstaat. De Cedrus libani groeit langzamer dan de Cedrus deodara. De boom vertakt vaak laag met horizontale tot licht omhoog wijzende takken. Ook de overige twijgen groeien in een horizontaal vlak. De bast van jonge bomen is glad. Bij oudere bomen schilfert deze in donkergrijze tot zwarte plaatjes af. De korte en stevige naalden staan in bundels van 20 tot 40 bij elkaar hebben een groene of grijsgroene kleur. De kort gesteelde grijsgroene kegels kleuren bruin bij rijping na 2 jaar. De mannelijke bloeiwijzen bloeien geel in de herfst. Zijn donkergroene bladerdek behoudt hij ook in de winter.
Bestand tegen droogte en kou
De libanonceder groeit op iedere bodem en heeft weinig voedingsstoffen nodig. Het is een pionierssoort, die echter wel oud wordt. Hij heeft een penwortel en kan daardoor goed tegen droogte. Ook het kleine oppervlak van de naalden beperken het vochtverlies als het heel droog is en zorgen bovendien voor niet te veel temperatuuruitwisseling in koude periodes. Temperaturen tot -17 worden verdragen. Nattigheid en schaduw daarentegen veroorzaken problemen. Door deze eigenschappen kan de libanonceder het hoofd bieden aan de relatief steeds extremere droge zomers en groeit hij ook goed in een stedelijke omgeving. Het is een prachtige schaduwbrenger op plekken met voldoende ruimte.
Cederhout en cederolie
Ceders maken geen hars aan maar olie. Olie die het hout verduurzaamt. Cederhout is dan ook zeer gewild voor allerlei toepassingen, van schepen tot meubels tot sigarenkistjes. De zuiverende essentiële oliën hebben een kruidig houtachtig aroma. Een heerlijke geur die je meevoert in een eeuwenoude magische wereld.
Fijne feestdagen!
