Boom van de maand: Decaisnea fargesii

Augurkenstruik voor voedselbos

Decaisnea fargesii, ook bekend als augurkenstruik, is een bladverliezende struik die inheems is in de bergen van het westen van China. Hij behoort tot een bijzondere familie, namelijk die van de Lardizabalaceae. Decaisnea fargesii is de enige struik binnen deze familie, de overige leden zijn allemaal klimplanten, zoals de Akebia die grote gelijkenis vertoont. Net als de Akebia oogst de Decaisnea waardering voor zijn unieke grote en decoratieve vruchten, die lijken op blauwe augurken. De plant werd gevonden door de plantenverzamelaar en missionaris pater Paul Farges en werd genoemd naar de Belgische hoogleraar die in Jardin des Plantes in Parijs werkte: Joseph Decaisne.

Kenmerken van een opmerkelijke struik

Het is een grote meerstammige struik, die tot vijf meter hoog en breed kan worden. De struik heeft een zeer smalle basis van stijve takken die overhangen, waardoor een parapluvorm ontstaat. Ook in de winter zijn de stijve bleke takken met grote puntige knoppen van grote sierwaarde. De vertakking is trapsgewijs met een recht opgaande groeiwijze. Een ruime plek in tuin of aanplant als solitair is raadzaam, bij voorkeur als onderbegroeiing op een door grotere bomen beschaduwde plek. Doordat de struik laat in het seizoen uitloopt en het feit dat hij een overhangende habitus heeft, is hij uitstekend te combineren met lagere planten als bloembollen en vaste planten die vroeg in het voorjaar zon willen maar later in het seizoen schaduw. De bladeren zijn groot en geveerd. Ieder blaadje is ca. acht centimeter. De bladstengels zijn tot een meter lang. De vorm van de bladeren geeft de Decaisnea fargesii een exotische en tropische uitstraling. In de maand juni produceert de struik trossen klokvormige, geelgroene bloemen, die niet bijzonder opvallend zijn.

De vrucht van een contrastplant

De vrucht van de Decaisnea fargesii is een lange, cilindrische peul en een absolute blikvanger. De vrucht is aanvankelijk wat saai groen, maar krijgt geleidelijk een opvallende blauwe kleur als hij afrijpt in oktober. Door de knobbelige structuur van deze blauwe vruchten worden ze in het Engels ook wel ‘Dead man’s fingers’ genoemd. Samen met de goudgele herfstkleur van de bladeren en de fel grijsblauw gekleurde oudere takken is het, in combinatie met de vrucht, een echte contrastplant.

Het vruchtvlees is enigszins doorzichtig en geleiachtig, met een licht zure smaak. De zaden zijn groot en bruin. Andere leden uit de familie van de Lardizabalaceae produceren vruchten die verhandeld worden voor consumptie. Doordat de vruchten van de Decaisnea minder makkelijk te openen zijn, komen we deze niet op de markt tegen. De augurkenstruik is echter prima geschikt voor toepassing in een voedselbos of eetbare tuin.